Een week na dodelijke schietpartij voetbalt Carola Schouten met kwetsbare kinderen in Braziliaanse sloppenwijk

zaterdag, 8 november 2025 (08:08) - RTV Rijnmond

In dit artikel:

Robert Smits (67) uit Rotterdam werkt al ruim veertig jaar in de favelas van Rio de Janeiro om kwetsbare kinderen uit het geweld en de armoede te halen. Sinds zijn eerste confrontatie met straatkinderen tijdens een reis in 1983 richtte hij sportclubs en schooltjes op, onder namen als Sparta (sinds 1987) en een Feyenoord-schooltje (vijf jaar). De Sparta-club trekt wekelijks ongeveer 350 kinderen; het Feyenoord-initiatief begeleidt circa 110 jongeren en ziet relatief weinig overlopers naar de drugswereld.

Deze week bracht burgemeester Carola Schouten van Rotterdam Smits een bezoek tijdens haar reis naar Rio voor een klimaatbijeenkomst. Omdat recente, bloedige politieacties de favelas onveilig maakten, vond het ontmoetingstoernooi tussen Sparta en Feyenoord in een gymzaal plaats. Schouten nam actief deel en benadrukte haar waardering voor Smits’ inzet en het moeilijke leefklimaat van de kinderen ter plaatse.

Smits schetst een situatie die de afgelopen jaren verslechterd is: grote drugskartels veroveren wijken, leggen economische en informele heffingen op en trekken jongeren in door dwang of gebrek aan alternatief. Politie-invallen zijn hevig; een recente grote actie, waarbij duizenden agenten betrokken waren, escaleerde en kostte naar schatting meer dan honderd mensenlevens (inclusief politieagenten). Smits noemt het een ramp die angst zaait en spreekt van een bijna stille burgeroorlog in de krottenwijken.

Hij waarschuwt dat repressie alleen het probleem niet oplost. In eerdere campagnes rond grote sportevenementen werden straatkinderen weggejaagd of opgepakt, waarna zij vaak in de armen van bendes belandden. Smits pleit voor structurele investeringen: maatschappelijk werk, crèches, scholen, gezondheidsvoorzieningen, riolering, huisvesting en arbeids- en opleidingsmogelijkheden om de onderliggende oorzaken van jeugdcriminaliteit aan te pakken.

Ondanks de sombere context blijft Smits hoopvol. Hij ziet voorbeelden van jongeren die dankzij Sparta een baan, gezin of stabiliteit vonden en denkt dat recente aandacht kansen biedt om meer samenwerkingen op gang te brengen. Het bezoek van Schouten ervaart hij als morele steun en mogelijk een brug naar contacten en hulp van buitenaf. Smits hoopt dat die aandacht nu daadwerkelijk leidt tot duurzame sociale voorzieningen in plaats van louter politieoptredens.