Ook hulpverleners in problemen door lange wachttijd Wmo: 'Ik laat mijn cliënten niet vallen'

zondag, 31 augustus 2025 (08:51) - RTV Rijnmond

In dit artikel:

Zorgverleners in Rotterdam zetten zich vaak over de regels heen om pgb-cliënten niet in de steek te laten, omdat de gemeente herindicaties te traag afhandelt. Hulpverleners zoals gezinshulpverlener Maria, ADHD-begeleider Arno en ggz-specialist Leonie blijven doorwerken terwijl hun cliënten maandenlang formeel ongedekt zijn. Dat voorkomt acute crisissen en politie-inzet bij kwetsbare mensen, maar brengt de aanbieders in financiële problemen omdat betaling vaak pas achteraf, soms met terugwerkende kracht, wordt toegekend.

De problemen spelen binnen de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015). Gemeenten moeten binnen de wettelijke termijn beoordelen of iemand recht heeft op ondersteuning; die indicatie geldt een bepaalde periode en bij het verlopen daarvan volgt een herindicatie. Als de procedure langer dan 42 dagen duurt, kan de aanvrager de gemeente in gebreke stellen; blijft een besluit uit, dan volgt mogelijk een dwangsom per dag vertraging. In de praktijk lopen behandelingen van herindicaties in Rotterdam veel vaker langer door dan die termijn, waardoor pgb-cliënten tijdelijk zonder formele dekking zitten.

Ongeveer 10 procent van de Rotterdamse Wmo-cliënten kiest voor een persoonsgebonden budget (pgb) om zelf een vertrouwde of gespecialiseerde hulpverlener te betalen. Bij deze opzet komt de zorgverlener in een dilemma: strikt de regels volgen en stoppen met hulpverlening, of heimelijk blijven werken in de verwachting dat de gemeente later alsnog vergoedt. Veel hulpverleners kiezen voor het laatste uit morele overwegingen, maar dat leidt tot onbetaalde uren en financiële stress; Leonie noemt voorbeelden van herindicaties die pas na zeven maanden werden behandeld.

Gemeente Rotterdam benadrukt dat wachttijden niet de enige oorzaak zijn: bij pgb-aanvragen speelt ook toetsing van de zorgverlener en de pgb‑vaardigheid van de aanvrager mee. De wethouder wijst op misstanden zoals belangenverstrengeling en rolvermenging die extra zorgvuldigheid vereisen. Volgens de gemeente probeert zij snelheid en zorgvuldigheid te combineren, maar dat lukt niet altijd. De gemeente zegt jaarlijks enkele tientallen keren geconfronteerd te worden met ingebrekestellingen van burgers.

Hulpverleners signaleren dat gemeentelijke vertragingen soms voorkomen kunnen worden of juridisch aan te vechten zijn; Maria overweegt juridische stappen en stelt dat ze veel energie verliest aan het bevechten van financiën. Instellingen reageren verschillend: individuele zzp’ers blijven vaak doorwerken of schrappen Rotterdamse cliënten, terwijl grotere organisaties — zoals een thuiszorgorganisatie die in een eerder artikel aan het woord kwam — ervoor kiezen volledig te stoppen met zorglevering in Rotterdam en zich op omliggende gemeenten te richten.

Rijnmond sprak voor dit onderzoek met twaalf Rotterdamse Wmo-cliënten en vier pgb-zorgverleners, plus ondersteuningorganisaties en een advocaat. Het artikel maakt deel uit van een breder onderzoek naar het functioneren van de Wmo in de regio Rijnmond; mensen met eigen ervaringen worden uitgenodigd die te delen met de redactie.