Said Kasmi (D66) strijdt voor gelijke kansen, maar stopt als wethouder

In dit artikel:

Said Kasmi (50), geboren in Marokko en opgegroeid in Rotterdam-Delfshaven als oudste van zeven kinderen, bouwde zichzelf omhoog met onderwijs als drijvende kracht. Zijn ouders waren analfabeet; al jong vertaalde hij brieven en verdiende hij met een krantenwijk mee in het gezin. Die achtergrond — op veel terreinen starten “met een achterstand” — vormt de motivatie voor zijn politieke werk: kansengelijkheid voor alle Rotterdamse kinderen.

Kasmi trad in 2008 toe tot D66 na een indringende reis naar Zuid-Afrika en ervaringen met programma’s rond empowerment en onderwijs. Via een loopbaan die hem van mavo en hbo naar de Universiteit van Amsterdam bracht (studie niet afgerond) ontwikkelde hij een overtuiging dat leraren die vertrouwen schenken aan leerlingen het verschil maken. Hij wijst ook op het gevaar van onderadvisering en benadrukt dat talent en potentie vroeg herkend moeten worden.

In 2018 werd hij lijsttrekker van D66 bij de gemeenteraadsverkiezingen en kort daarna wethouder onderwijs en cultuur. Die portefeuille behield hij ook na het aantreden van het college in 2022. Als bestuurder richtte hij zich vooral op voorschoolse voorzieningen: hij lobbyde voor gratis kinderopvang als basisvoorziening en zette in op gratis voorschoolse educatie (VE) voor peuters met een risico op achterstanden. Gemeentelijk beleid dat hij invoerde houdt onder meer in dat ouders in schuldhulpverlening niet hoeven te betalen en dat VE sinds 2024 uitbreidt van grote delen van Rotterdam-Zuid naar de hele stad. Kasmi beschouwt dit als een van zijn belangrijkste resultaten: vroeg investeren vermindert latere problemen en ontlast leraren.

Politiek is hij pragmatisch; hij ziet zichzelf niet als raspoliticus maar als bestuurder die goede ideeën wil uitvoeren ongeacht de herkomst. Hij waarschuwt tegen polarisatie en benadrukt het belang van samenwerking na verkiezingen in een coalitieland. Kasmi ervaart dat besturen hem een “dikkere huid” heeft gegeven, maar blijft geloven dat dichtbij jezelf blijven en vasthouden aan idealen het leven van mensen echt kan verbeteren.

Na de gemeenteraadsverkiezingen van maart volgend jaar stapt Kasmi uit de politiek. Hij weet nog niet precies wat hij daarna zal doen maar verwacht actief te blijven in de publieke sector; eerst wil hij enkele maanden rust, mede omdat hij onlangs voor het eerst vader is geworden. Zijn politieke nalatenschap in Rotterdam ligt vooral in het structureel versterken van vroege educatie en het verkleinen van kansenongelijkheid.